Grondbeleid in Bloemendaal
Deze paragraaf geeft een toelichting op de bouwgrondcomplexen, projecten waar sprake is van actieve grondpolitiek. De overige projecten maken onderdeel uit van de toelichting van het programma ruimtelijke ordening en wonen.
Vanaf de vijftiger jaren van de vorige eeuw voert de gemeente een behoudende (grond)-politiek. Dit is een direct gevolg van het ruimtelijk beleid in de gemeente: niet uitbreiden en financiële risico's beperken. Het doel van dit beleid is om het groene karakter van de gemeente zoveel mogelijk te behouden. Op dit moment geldt nog sterker dan vroeger dat het beleid erop gericht is het bijzondere woon- en leefmilieu te beschermen. Daar waar volgens het bestemmingsplan gebouwd mag worden, stelt de gemeente zich reactief op: ze laat het initiatief over aan ‘de markt’. Op het gebied van de volkshuisvesting richt het beleid zich op het behoud, de vervanging van, aanpassing en indien mogelijk uitbreiding van de woningvoorraad. Om invloed te kunnen uitoefenen op het aantal sociale woningen is de verordening sociale woningbouw van kracht. Soms krijgt de gemeente de regie over de uitbreiding van de woningvoorraad doordat ze de invulling van een bouwlocatie bepaalt omdat ze de grond in bezit heeft of deze aankoopt.
Nota Grondbeleid
De in november 2012 vastgestelde Nota Grondbeleid is een strategische nota die op hoofdlijnen de kaders schetst voor het grondbeleid van de gemeente Bloemendaal. De kaders voldoen aan het gestelde in het Besluit Begroting en Verantwoording (hierna: BBV) en sluiten aan op de door de commissie BBV uitgebrachte richtlijn ‘Notitie grondexploitatie’ en de notitie `Faciliterend grondbeleid` van maart 2016.
Kostenverhaal
De Grondexploitatiewet als onderdeel van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro) geeft de gemeente mogelijkheden om kosten te verhalen op zelfrealisatoren. Dit is geregeld in de Handreiking Kostenverhaal.
Projecten
In Bloemendaal is er bij één project sprake van actieve grondpolitiek te weten: Landje van Van Riessen in het Bispinckpark. Dit betreft een bouwgrondcomplex. De overige projecten ruimtelijke ordening vallen buiten deze categorie omdat de gemeente hier geen grondpositie heeft en/of geen bouwgrondcomplexen in de zin van het BBV. De rol van de gemeente bij deze overige projecten is de herziening van een bestemmingsplan en overige activiteiten in het kader van de ruimtelijke ordening. De gemeente streeft ook bij projecten waarbij de grond geen eigendom is van de gemeente naar eenduidige afspraken en heldere verantwoording van de kosten.
Grondposities:
Project | In exploitatie | Wanneer gereed |
---|---|---|
Nee | onbekend | |
Nee | onbekend |
De financiële beheersing
Een bouwgrondcomplex wordt als 'in exploitatie genomen' beschouwd zodra de raad een exploitatiebegroting heeft vastgesteld. Voor deze exploitatiebegrotingen worden onderbouwde exploitatieberekeningen gemaakt en op een inzichtelijke wijze geadministreerd en beheerd.
Grondbeleid en vooral de financiële gevolgen van grondbeleid, hebben hun invloed op de gemeentelijke begroting en het weerstandsvermogen. Hieraan zijn risico’s verbonden die in een vroegtijdig stadium van planontwikkeling en besluitvorming, transparant moeten zijn en vooral zo volledig mogelijk onderdeel van de besluitvorming moeten uitmaken. Het succes van het grondbeleid hangt mede af van de wijze van samenwerking met marktpartijen en/of overheden. In de berekeningen van de exploitatieopzetten wordt zo veel als mogelijk rekening gehouden met actuele prijs- en opbrengststijgingen en de fasering van kosten en opbrengsten in de tijd in relatie tot de risico’s in de markt en de economische omstandigheden. De berekeningen worden jaarlijks geactualiseerd en ter vaststelling aan de raad aangeboden om zicht op de financiële consequenties te houden.
Eventuele geprognosticeerde verliezen worden via een voorziening afgevangen.